Je noemt mij toch geen
Dief of slachter van jouw tuin
Vol droogbloemen, zweetkeien, pisvijvers en
Godsgeklaagde peuken naast het nooit gepoetste aanhangkarretje
Kom toch, je blijft maar turen
Komt ooit de dag van vergelding ,afrekening, bloedvergieten
Waar je al zolang op wacht
Wanneer kruipt jouw God als een slang voor je voeten
Langs mijn hielen met nog even een kus
Noem mij geen slachter van je droom
Ik zag je nog vannacht , er was geen blik om
Naar mij maar je wist
Ook ik zit nu in de malerijen van een hoofd
Te lief voor een mens, te hard voor God
Wees als een mens
En sterf
Geen opmerkingen:
Een reactie posten